1968

Op mijn netvlies staat gegrift
de gemene lach van Frank
die zonder scrupules
in opdracht van zijn baas
en in tergend koelen bloede
hele gezinnen vermoordde
voor de komst van een spoorlijn

Gelukkig was daar de wreker
de jongen die, slachtoffer
van de stroman in een grijs
verleden, zijn schouders niet
lang genoeg kon rechten om
zijn vaders val, met strop om
de nek, te breken.

Tranen trekken sporen in tijd

Vele jaren later is hij groot,
man met de mondharmonica
en beleven wij ultieme wraak
in een flashback die de geest
vult met begrip voor zijn leed

Het ultieme duel volgt bij tonen
die door merg en been gaan

Er was eens, in het Westen…

(C) Marc Broekmans, augustus 2020